Jornada laboral

a Guadalupe
que tiene nombre de isla


Tacho la infancia. Paso a limpio el miedo.
Corrijo las edades y los rumbos.
Quito el polvo del ayer, pongo la mesa.
El mantel es un mapa sin países.
Subrayo a voces. Paso a limpio el miedo
a la luz de estar lejos. Y repaso
la multitudinaria soledad,
la vida y sus derrotas, los amigos,
la noche mar adentro de tu pelo.
Vuelvo a escribir la infancia. Tengo prisa.
Me aguarda una traición, una certeza:
vivir es perdición y agua extranjera.
Trabajo contra mí. Ruido de errores.

(Uit: La latitud de los caballos, Hiperión 1999.)

Werkdag

voor Guadalupe
die de naam van een eiland draagt


Ik schrap de kindertijd. Ik schrijf de angst
in het net over. Ik corrigeer de leeftijden
en de bestemmingen. Ik schud het stof
van gisteren af, ik dek de tafel.
Het kleed is een landloze kaart.
Ik onderstreep hardop. Ik schrijf de angst
in het net over bij het licht van de verte.
En ik herschrijf de massale eenzaamheid,
het leven en zijn obstakels, de vrienden,
de nacht in de golven van je haar.
Ik schrijf de kindertijd over. Ik heb haast.
Mij wacht een verraad, een zekerheid:
leven is verliezen en vreemde wateren.
Ik werk me tegen. Daverende fouten.