Inleiding
De fabricatie
van fascinatie
De grootste trots van een vrouw is onbesproken te zijn, zei Pericles, een man die zelf veelbesproken was.
Virginia Woolf,
A Room of One's Own
I
n het novembernummer uit 1996 van Allure schrijft hoofdredactrice Linda Wells in een column dat ze donker en verdorven wil zijn. Dit is een vrouw zo blond en lichtogig en blank als stuifsneeuw, dat je je haar onmogelijk kunt voorstellen als bruisend, ziedend, een rokende vulkaan overborrelend van vrouwelijke lava. In werkelijkheid staat mw. Wells aan het hoofd van een make-uptijdschrift en draagt ze niet eens zoveel make-up. Maar toch, als een man in de sportschool met haar flirt en zegt: `Hé, Ivory Girl, mag ik met je mee teruglopen naar je werk?' dan is ze diep beledigd. `In mijn eigen ogen ben ik de laatste die ... mijn gezicht zou wassen met een zeep die als 99 44/100 % zuiver wordt aangeprezen,' schrijft Wells. `Ik mag er dan blond en met maïs gevoed uitzien, ik mag dan afstammen van een oud geslacht van boeren uit Iowa, in mijn hart ben ik donker en cynisch en gevaarlijk... Dus praat me naar de mond. Zeg tegen me dat ik Catherine Deneuve ben, Anna Magnani, Dominique Sanda, maar vertel me niet de waarheid.'Deze eerlijke bekentenis is natuurlijk veel minder alarmerend dan wanneer een vrouw toegeeft dat ze stiekem Sandra Dee wil zijn, of Doris Day, of Tipper Gore. Tenzij ze die rollen wil om te bewijzen - in een fantasie binnen een fantasie - dat die dertien-in-een-dozijn-types, die natuurlijke blondines in vormeloze tuinjurken van Lilly Pulitzer en met witte handschoenen aan, in feite ook heus wel slechte vrouwen zijn. Want slecht, daar gaat het om: slecht is zo oké dat het in de Orwelltermen van het hip-hoptaaltje gelijk staat aan goed. Laten we eens kijken naar de metamorfose die zich voltrekt binnen de gelaagde toetssteen van de feministische slecht-goed (goed-slecht?) tegenstelling: Thelma & Louise, en dan vooral naar de manier waarop de mallotige Thelma van Geena Davis zich van een mottige, muizige magnetron-huisvrouw ontpopt tot een wrekende amazone die de dood verkiest boven de dalles, die weigert klem te blijven zitten in de keuze tussen verkracht worden en een kloteleven leiden. `Wees jij maar aardig voor je vrouw,' waarschuwt Thelma een agent van de verkeerspolitie terwijl ze een revolver tegen zijn hoofd gedrukt houdt en hem in de kofferbak van een auto opsluit. `Mijn man was niet aardig voor mij, en kijk wat er van me geworden is.' Om een vrouw te worden die goed doet, verzekert de moraal van de film, moet je soms verkeerd doen.'
En nu Moeder Teresa eindelijk dood is, kunnen we veilig stellen dat de Brave Betsie als vrouw van vlees en bloed de afgelopen jaren zo grondig uit de gratie is geraakt dat de vrouwen die gebrandmerkt zijn met verdienstelijkheid - wellicht met een vuurrode `V' op hun voorhoofd, als twee vingers die het vredesteken maken - zo ver gaan dat ze hun kleren uittrekken alleen maar om van etiket te veranderen. Heus waar: Mary Poppins, ook wel bekend als Julie Andrews, trok zelfs haar topje uit en ontblootte triomfantelijk haar borsten in de film S.O.B. uit 1981, waarschijnlijk om geen andere reden dan de wereld te laten zien dat ze echt borsten heeft. Judy Norton, best bekend als de oudste dochter Mary Ellen in The Waltons, voelde zich gevangen in de rol van papa's meisje uit de Crisistijd - waarin ze altijd zal blijven steken als het aan Family Channel ligt - en probeerde dit in 1982 te verhelpen door naakt te poseren voor Playboy. Natuurlijk, Miss America 1984 probeerde heus niet iets te bewijzen toen ze naakt en saffisch geëngageerd opdook in Penthouse. En ofschoon Vanessa Williams de ongesanctioneerde ontbloting misschien wel helemaal niet gewild had, is ze de enige Miss America met een echte, infomercieelvrije carrière - en dat is waarschijnlijk in niet geringe mate te danken aan de fotografische onthullingen van haar vulgaire on-Amerikaanse activiteiten. Maar terwijl Vanessa Williams Bert Parks en Amerika teleurstelde, pleegde Jessica Hahn verraad tegenover God, de kerk en Jim Bakker - natuurlijk pleegde Jim Bakker ook verraad tegenover God, de kerk en waarschijnlijk zichzelf - door naakt in Playboy te poseren (voor en na uitgebreide kosmetische renovaties). La Toya Jackson verraadde haar familie (wat moeilijk is) door naakt in Playboy te poseren. Natuurlijk proberen sommigen op minder drastische wijzen aan hun honingzoete verleden te ontsnappen: Debbie Gibson werd Deborah Gibson en maakte zwoele video's met doorschijnende kleren en nat haar, geregisseerd door modefotograaf Matthew Ralston. Terwijl Gibson niet zo makkelijk kon ontsnappen aan haar cheerleadertijd, groeide de guitige kleine Gertie van E.T. op tot Drew Barrymore en vertoonde nooit meer tekenen van haar engelachtige kindertijd; ook zij poseerde naakt in Playboy.
Het is duidelijk dat in de praalstoet van het publieke leven, daar waar vrouwen personae uitvinden, een vrouw haar kracht, haar standvastigheid, haar autonomie - haar zelf als zelf - alleen kan poneren door verdorven te zijn, door op de een of andere manier iets te doen waarvan haar ouders zeker zullen gaan huilen. Niemand propageert een gedrag à la Marie Antoinette, niemand wil zich serieus onverschillig betonen voor menselijk lijden, maar opstandige en ongepaste en soms antisociale gedragingen, dat is duidelijk wat je moet doen.
De bitch - het kreng - als rolmodel, als icoon en idee, heeft zijn momenten van stijl en substantie - soms heeft het de schijn van het nieuwste masker, een spel, een kans om je op te tutten als iemand in een film met Joan Crawford en je te gedragen als een personage van Mommie Dearest, maar vaak genoeg blijkt het te gaan om oprechte woede, onbehagen, angst en vrouwelijk ressentiment en razernij van het soort dat vrouwen heeft opgeleverd als Jean Harris, Lorena Bobbitt, Amy Fisher, Susan Smith en Aileen Wuornos, onder anderen. Maar niemand bij zijn volle verstand wil in de gevangenis belanden, niemand wil gedreven worden tot Medea-achtige daden of crimes passionnels - niemand wil eindigen als seksbom in de bajes. Wat we allemaal willen is het cosmetische gedrag, we willen Olivia Newton-John zijn in de slotscène van Grease, het meisje dat met haar voet zwikt als een plaat die blijft hangen om een sigaret te doven met een van haar rode Candie-instappers, het meisje met het wilde haar in een strakke, zwart glanzende broek met kachelpijpen, het meisje met de blauwe oogschaduw dat voor duizend make-up-mislukkingen onder teenagers zorgde. Ja, tegen het slot van Grease is Sandy het prototype van de modelhoer anno 1958 geworden: het meisje dat na maanden gezucht te hebben onder afwijzingen omdat ze een preutse spelbreekster was die niet rookte of dronk, eindelijk beseft dat je moet vrijen om populair te zijn, dat je je moet laten pakken om de jongen die je wilt te krijgen, dat het niet de blondjes zijn die de meeste lol hebben, maar de sletjes.
De brave meisjes op het slechte pad uit die tijd bleven smoren en smachten, tot ze ten slotte aan het eind van de eeuw weer de kop opstak als de volgroeide vrouw in de song van Trisha Yearwood, het Galatea-achtige brave meisje van de countrymuziek, dat een carrière heeft waar ze trots op is en in `I Want to Go Too Far' over een degelijke, evenwichtige huisvrouw zingt die af en toe de boel in het honderd wil laten lopen, die een keer wil vergeten om de kinderen op te halen van het voetballen, die netkousen wil dragen. Het is dezelfde vrouw die gespeeld wordt door Michelle Pfeiffer in Batman Returns, de muizige, makke secretaresse van overdag die zich `s nachts in laméleer kleedt en Catwoman wordt, die de hort op gaat, die krabt en bijt, die de muis wordt die brult en vervaarlijk kronkelt - en katkrabkoorts, wordt ons aan het verstand gepeuterd, is een milde aandoening vergeleken bij wat deze feliene vrouw je aan kan doen als ze kwaad is. Het is dezelfde vrouw die lang geleden, in de jaren zeventig, van een nette peignoir overstapte op een negligee in een parfumreclame, onder het zingen van `Ik ben zoet en goed geweest / Ik ben een hardwerkende moeder geweest / Maar nu krijg ik een nacht met Aviance.' Kennelijk hield een nacht met Aviance allerlei ondeugends in, hoewel wij dat waarschijnlijk nooit meer zullen weten omdat het parfum ofwel verdwenen is of in remissie gegaan. Niet dat er geen behoefte is aan nieuwe potjes met pilletjes en poedertjes, elke dag meer, met de belofte van Poison en Opium en Tabu en Obsession, die hetzelfde idee willen geven, die nog steeds hoop verkopen in een flesje, die nog steeds de vrouwen onder ons die zo vervloekte netjes zijn ervan verzekeren dat we op de een of andere manier kunnen doen alsof, dat we op de een of andere manier een verdorven vrouw kunnen zijn - of alleen kijken/ruiken/doen alsof.
In onze tijd is de enige vrouwelijke rol die fascinerender is dan die van de donkere, akelig slechte vrouw die van de Glinda-goede, suikerzoete lieveling die in feite vol lust en boosaardigheid (wat hetzelfde is bij vrouwen) en gemeenheid en slechte gedachten is in haar geheime, zondige, Jungiaanse schaduwleven. Dat was het idee achter de perzikhuidige tienerdroom-doem van Laura Palmer in het voor korte tijd hypnotiserende Twin Peaks, haar wellustige lichaam het betoverendste lijk dat ooit het tv-scherm heeft gesierd, met ogen rood en lippen blauw, purperen plekken van de kneuzingen en de kogels en de ontbinding, als een crêpevulling in cellofaan gewikkeld - dit was de koningin van de deugd bij dag en de hoer met een hart vol dope bij nacht. Deze twee Palmer-personae leken om de overhand te strijden - zou de sweet sixteen of de slonzige slet het winnen? - met de dood als de deus ex machina die de creator van de serie, David Lynch, de gelegenheid gaf de mogelijkheid om beide te integreren te ontwijken, om dit meisje dat op het punt staat vrouw te worden de vrank en vrije, simpele complexiteit te gunnen die haar toestaat een seksmaniak te zijn en tegelijk lid van de bond van plattelandsmeisjes. Het feit dat onze cultuur heen en weer lijkt te schommelen tussen suikerzoete periodes waarin de voorkeur wordt gegeven aan een dartele Debbie Reynolds en meer mondaine buien waarin we de meer gesoigneerde charme van Elizabeth Taylor omhelzen - met Eddie Fisher ertussenin - wordt nog versterkt door de manier waarop die tegenstrijdige impulsen binnen de vrouw zelf worden uitgespeeld: Laura Palmer was een ruwe karikatuur van het gespleten meisje, en de uitputtingsoorlog die in haar woedde werd beschouwd als destructiever voor dit personage dan het moordwapen dat haar ombracht. David Lynch kon geen vrouw neerzetten die tegelijk goed en slecht was.
Maar zo simpel ligt het natuurlijk niet. Calvin Kleins introductie van een parfum dat `Contradiction' heette in het najaar van 1997, was de eerste erkenning door de mode-massaproductie van het vrouwelijke verlangen om een vreedzame coëxistentie te vinden voor haar innerlijke strijdende partijen, om goed en slecht één front te laten maken - en een niets vermoedende wereld, die ons het liefst allemaal tot typetjes wil reduceren, echt paf te doen staan.
Er was een moment, eind jaren vijftig, begin jaren zestig, dat de ronduit simpel-ouderwetse karakterloosheid van Doris Day c.s. abusievelijk voor deugdzaamheid en goedheid kon worden gehouden - voor echte karaktertrekken en niet een gebrek daaraan. Er was zelfs een tijd, kort daarvoor, dat het haast interessant leek - het was in ieder geval profijtelijk - om een braaf meisje te zijn. Het was de tijd dat de onbetaalbare benen van Betty Grable er gezellig rond uitzagen, zelfs van achteren gefotografeerd, de tijd dat deze pin-up uit St. Louis er elf jaar achter elkaar (van 1941 tot 1952) in slaagde het grootste vrouwelijke kassucces te zijn, en in 1942 met haar midwestern-wezen meer geld verdiende dan welke vrouw ter wereld ook - ze verdiende goud met de verkoop van een tandeloos sex-appeal door voor onze oorlogvoerende mannen overzee hun onschuldige, onsyfillitische liefjes te vertegenwoordigen. Maar nu is het niet meer mogelijk te fantaseren over een goede vrouw die niet tegelijk een slechte vrouw is, het is onmogelijk om Maria Magdalena en de Maagd Maria niet als één persoon te zien, om niet te begrijpen dat goed en kwaad geen tegenstellingen zijn, maar verschillende vormen van intensiteit. Zelfs het goede oude christendom lijkt het gladde hellend vlak van zonde en heiligheid te erkennen: St. Augustinus werd pas heilig verklaard nadat hij zijn Confessiones had uitgeleefd; paus Johannes Paulus II werkte zich pas op naar het Vaticaan nadat hij zijn jeugd onder het toneelvolk van Warschau had doorgebracht - en we weten allemaal hoe die acteurs de beest uithangen. Van hetzelfde laken een pak met Maria Magdalena: een hoer die een aanbidster van Christus wordt; met de Maagd Maria: een buitenechtelijke geboorte die een onbevlekte ontvangenis wordt. Tenzij je in de running bent voor First Lady wil niemand er gewoon deugdzaam uitzien - we willen natuurlijk allemaal wel deugdzaam zijn: we willen onze overtuigingskracht aanwenden om de mensen die dat verdienen kwaad te doen, we willen Xena zijn en Wonder Woman en Mata Hari en Judith, we willen de hoer zijn met het hart van goud die de verleider opzij elleboogt en naar huis gaat met de held. Als een vrouw goed genoeg is om goed te zijn, dan is ze ook goed genoeg om slecht te zijn. Het idee is altijd het temmen van de feeks, decadentie in devotie veranderen. Barbara Stanwyck is een moorddadige echtgenote in Double Indemnity en een engelachtige moeder in Stella Dallas; Joan Crawford kon beide rollen spelen in één film, heen en weer gaand van angstaanjagend naar tragisch in Mildred Pierce.
En de complexiteiten van deze filmster uit de jaren veertig indachtig heeft de cosmetische industrie geholpen het ongenaakbare gezicht en het uitnodigende lichaam te schilderen van de vrouw die kwaad in de zin heeft, ze heeft oppervlakte-oplossingen gecreëerd zo subtiel dat je niet goedkoop of hoerig hoeft te zijn om ze te laten werken, ze heeft stukjes stoute invulling geboden aan de anderszins keurige vrouw, zoals sexy zijden en kanten lingerie onder een zakelijk, conservatief gabardine mantelpak. De trend begon met de bloedzwarte nagellak van Chanel, `Vamp' genaamd, die geen enkele winkel in het land in voorraad kon houden toen hij in 1994 werd geïntroduceerd en die zich sindsdien heeft vertakt in `Metallic Vamp' en `Very Vamp', alsmede Vamp-kleurige mascara voor die bloeddoorlopen, bloedeloze slechte-vrouwen-look. In het kielzog van het Vamp-fenomeen en in een poging de behoefte aan rouge-noir nagels en een bijkleurende mond te bevredigen, kwam Estée Lauder met een tint die `Midnight' heette, Revlon maakt een versie onder de naam `Vixen', Maybelline noemt haar dieprode nagellak `Seduction' en het manicuristenmerk Essie gaat recht op zijn doel af met `Wicked'. In het algemeen zijn de makers van make-up, omdat ze doorhadden dat vrouwen lippenstift wilden om woeste imago's te creëren die in hun doordeweekse wereld niet getolereerd werden, hun kleuren niet gaan noemen naar, eh, kleuren, maar naar ideeën en concepten: de diep-donkerste lippenstift van MAC heet `Diva', het pure purper van Estée Lauder heet `Naughty', haar rozige purper draagt de naam `Racy', het rijke mauve staat bekend als `Fatale' (ook de naam van een licht purper van MAC). Maybelline heeft onlangs een knallende rode lippenstift en nagellak geïntroduceerd die `Rogue Vogue' heet en een goedkoop merk nagellak, `Temptress', heeft zijn donkere kleuren naar legendarische verdorven vrouwen als Circe en Delila genoemd.
Maar de meesten van ons hebben een aantal voor de hand liggende associaties bij het woord `bitch': de stilettohakken en donkere, demi-monde ogen op recente modeshows; de Gorgone-achtige horror van films als Fatal Attraction en The Hand That Rocks the Cradle; het kwaad van kille ambitie in To Die For en Disclosure; de ijskoude allure van films als Body Heat en Basic Instinct; de koele verdorvenheid en de ijzige manipulatie van alle rollen van Sharon Stone, van haar stijl van grande dame, van haar weigering het diamanten halssnoer aan Harry Winston terug te geven na de uitreiking van de Oscars; de rampzalige act en het rampzalige leven van Courtney Love, waarmee ze in het echt een personage heeft geschapen waar Madonna in haar namaakbravoure alleen maar van kan dromen; de hebbelijkheid van Roseanne om dingen te zeggen als: `Alle vrouwen zouden hun man moeten vermoorden'; de ijzige jonge blondines van de Republikeinse Partij; de babbelige, bitse pandits (of `pandettes', zoals ze diminutiefjes genoemd worden) met lange benen en korte rokken en denktankreferenties en juridische referenties, zoals Ann Coulter, Jennifer Grossman, Kellyanne Fitzpatrick en, aartsconservatief boven alles, Laura Ingraham, die mede op grond van haar luipaardminirokje haar baantjes kreeg als commentator voor CBS en MSNBC; het roekeloze gedrag van Shannen Doherty en haar agressiviteit die maakten dat een ex-vriendje het voor elkaar kreeg dat haar een straatverbod werd opgelegd en dat een aantal antifans de I Hate Brenda Newsletter oprichtten; of het simpele feit dat het vaak belasterde fotomodel Naomi Campbell, dat door Elite aan de dijk was gezet omdat `geen geld of prestige nog langer de behandeling van [de mensen met wie ze werkte] kon rechtvaardigen', in reactie op haar ontslag zei: `Ik ben een hardwerkende bitch. Ik doe wat ik wil. Het leven is te kort - je moet pakken wat je pakken kunt.'
Je moet pakken wat je pakken kunt.
Immers, zoals je soms op een geborduurd sierkussen ziet staan, of op een bumpersticker: Goede meisjes gaan naar de hemel, maar slechte meisjes komen overal. Op hoge hakken. Of muiltjes van Manolo Blahnik, die met die geknoopte bandjes waarvan je blaren krijgt. En als hun voeten pijn doen, dan klagen ze steen en been tot iemand bereid is ze naar huis te dragen. Slechte meisjes begrijpen dat het geen zin heeft goed te zijn en in stilte te lijden. Wat voor goeds is er ooit van goed gekomen? Wij vrouwen verdienen nog steeds gemiddeld eenenzeventig cent voor elke dollar die een man verdient. Er verschijnen nog steeds studies die zeggen dat een ongetrouwde vrouw van boven de vijfendertig maar beter niet kan gaan vliegen, omdat ze meer kans heeft om het leven te komen in een terroristische aanslag dan om te trouwen (en zelfs toen Susan Faludi die cijfers had weerlegd, moesten we Rosie O'Donnell nog aanhoren die in Sleepless in Seattle zegt dat het onderzoek `waar vóelt, ook al is het dat niet'). We moeten ons nog steeds houden aan The Rules en leren nooit na woensdag een uitnodiging voor zaterdagavond te accepteren. En we zitten nog steeds met Clarence Thomas in het Hooggerechtshof. Dus waarom goed zijn? Anita Hill - als iemand goed was, dan was zij het wel - gespannen en gereserveerd, een vrouw die vrijwillig in Norman, Oklahoma woont - en waarschijnlijk alleen maar met rust gelaten wilde worden in haar valiumachtige kalmte - moest nog altijd aanhoren hoe Orrin Hatch haar voorlas uit The Exorcist, moest nog steeds tolereren dat senator Howell Heflin haar vroeg of ze een `afgewezen vrouw' was en verdragen dat een heel boek over haar werd geschreven door de rechtse schandaalmaker David Brock. Net als Anita Hill gedroeg prinses Diana zich jarenlang volmaakt gereserveerd en waardig - zwaaiend vanaf het koninklijk paard en zich schikkend onder de malle hoeden, terwijl haar man het ondertussen hield met Camilla Parker Bowles - en wat heeft zij daaraan gehad?
Vrouwen schijnen de vergaarbak te zijn van eeuwen en eeuwen kwaad bloed, te beginnen met Eva, die een eind maakte aan ons verblijf in de Hof van Eden door haar nieuwsgierigheid en haar begeerte naar vreemde vruchten, en het begint erop te lijken dat zelfs als we ons goed gedragen, de wereld ons waarschijnlijk nog steeds slecht vindt. Dus weg met waardigheid. Waardigheid heeft niets te maken met Rita Hayworth die Put the Blame on Mame zingt in Gilda, en al helemaal niets met Mae West in wat dan ook. Het lijkt heel wat opwindender om een Sirene te zijn die lokt met haar lied of een kapende Calypso op haar eiland dan Penelope, het archetype van de vrouwelijke trouw, die alsmaar haar kleed weeft en weer uithaalt, haar aanbidders wegstuurt en wacht tot de ronddolende Odysseus terugkeert, wacht terwijl hij een luxe leven leidt in lotusland, wacht terwijl hij, zoals iemand in The New York Times Book Review stelde, `overspel pleegt met allerlei geweldige, chique vrouwen', wacht op haar man zoals Lucy wacht op Desi aan het eind van de dag, of Alice wacht op Ralph aan het eind van de nacht. Slechte vrouwen wachten niet - je komt nergens als je bij de telefoon blijft zitten.
Uit: Elizabeth Wurtzel, Bitch: Een lofzang op lastige vrouwen, Meulenhoff 1998.
Vertaling: Jos den Bekker.
U kunt dit boek bestellen bij De Nederlandse Internet Boekhandel.